Onderwijs in de gemeente Hingene
ORDE VAN HINGENE
© Orde van Hingene 2014 - DISCLAIMER

VRIJE BEWAAR- EN MEISJESSCHOOL HINGENE-CENTRUM (1869-1976)

“Sedert 1869 bestaat te Hingene een meisjesschool waaraan een bewaarschool is gehecht. Zij is ook aangenomen en wordt door kloosterzusters van Gijsegem bestuurd” , aldus Leopold Mees in zijn Geschiedenis der gemeente Hingene uit 1894. Tot dat jaar gingen de meisjes en jongens naar de gemengde katholieke gemeenteschool . De geestelijkheid zocht reeds lang naar middelen om deze toestand te veranderen. Een paar jaar voordien had men een tentoonstelling met tombola ingericht om financiële middelen in te zamelen voor het opgevatte plan. Juffrouw Marie Cools , groottante van Burgemeester Willem Van Kerckhoven , schonk in 1868 een opmerkelijke som en de Weledele Hertog Léon d’Ursel zou, na het tellen van de ingezamelde gelden, het ontbrekende bedrag aanvullen. Een comité (vroeger werd er over een komiteit gesproken) werd gesticht, samengesteld door de E.H. Pastoor Cornelius Victor Van de Velde ( pastoor te Hingene van 1865 tot 1871 ), Hertog Léon d’Ursel en Jules Thielemans . Pastoor Van de Velde kreeg in 1869, van de Algemeen Overste van Gijzegem, drie zusters waarvan er twee gevormd waren tot onderwijzeressen, voor de nieuwe stichting. Deze stichting werd onder de bescherming van O.L. Vrouw van het Heilig Hart gesteld. Juffrouw Marie Cools zou de kloosterlingen voorlopig onderdak verschaffen in het gebouw waar de burelen van brouwerij Schaldis ondergebracht waren. In de burelen werden ook twee plaatsen tot klassen ingericht, waar de Zusters Gabriëlle en Zacharia aan de meisjes van Hingene onderwijs gaven. Korte tijd later zou de familie Van Kerckhoven deze burelen terug in gebruik nemen en werden de kloosterlingen ontvangen door juffrouw Henriette Thielemans , die speciaal haar huis openstelde voor deze zusters. Intussen werd het schoolgebouw opgetrokken naast het bestaande lokaal, dat enkele jaren voordien rond 1863-1864 op de kleine kouter werd gebouwd, voor de zondagschool en congregatie. In 1871 hebben de zusters het nieuwe gebouw in gebruik genomen en met de nieuwe klas werd ook het lokaal van de zondagschool tot klas ingericht. Er werken twee leerkrachten aan de opvoeding en het onderwijs van de schoolgaande meisjes, maar stilaan werden de klassen overbevolkt. In 1872 werd de school door de gemeente aangenomen. Zuster Bernardine had reeds in 1899 aangedrongen om een bewaarschool op te richten. De Overste vond dat het toen de tijd rijp was en omdat het ook nog eens mogelijk was omdat het lokaal van de congreganisten vrij was. Echter was het pas in 1902, mits het herhaaldelijk vragen van zuster Honorine , dat er gehoor werd gegeven aan deze oproep of zeg maar smeekbede, maar uiteindelijk zou de bewaarschool er komen. In 1904 stelde Hertog Robert d’Ursel zelf vast dat de bewaarschool al te zeer bevolkt was en daarom werd er een nieuw gebouw opgetrokken voor twee nieuwe klassen. Naarmate de bevolking toenam deed zich de noodzaak naar nieuwe lokalen nogmaals voor en in 1921 werden er nogmaals twee klassen bijgebouwd, waarvan er dan een voor het “onderricht in huishoudkunde” gebruikt werd. Deze laatste werd in 1930 tot gewone klas herschapen, toen van dan af de huishoudkundige werken in de klas aan de vierde graad werden verricht. In 1940 werd de ‘Kapel van Sint-Benedictus’ afgebroken voor de uitbreiding van het vliegveld door de Duitsers. Het ‘Heilig beeld’ dat in de kapel stond, werd ter bewaring aan de zuster van de meisjesschool gegeven. In 1950 werd de speelplaats geplaveid. In 1952 bouwde men in de kloostertuin een tweede bewaarschool achter de bestaande, want het aantal kleuters was gedurende het vorige schooljaar gestegen tot 65 en er was reeds lang op aangedrongen dat men ook de kleuters vanaf 3 jaar naar de kleuterklas zouden laten gaan. Tijdens de watersnood van 1953 werden de lokalen ten dienste gesteld van de hulpactie, ofwel om geëvacueerden te huisvesten, ofwel als lokaal van de verschillende hulpafdelingen, zoals bevoorrading, kledijbedeling en als inlichtingenbureau. Dit alles in medewerking van het Rode Kruis en Caritas Catholica . Gedurende het zomerverlof van 1953 werd een deel van de gebouwen aan de straatkant op een diepte van 2,50 meter onteigend voor de verbreding van de Van Haelenstraat . De vierde graadklas en de huishoudklas werden helemaal afgebroken, herbouwd, praktischer ingericht met een wasplaats en opgetrokken met een verdieping dat als turn- en feestzaal dienst kon doen. Het klooster zelf werd deels afgebroken en op een moderne en praktische wijze veranderd (waterleiding en badinrichting). In 1953 schonk Hertog Robert d’Ursel het gehele gebouwencomplex als eigendom weg aan de Parochiale Werken van de Dekenij Puurs vzw . In 1955 kreeg elke klas elektrische verlichting en de oude toiletten werden vervangen door moderne W.C.’s, ook de overdekte speelplaats werd verbreed en verbeterd. Het feestelijke jaar 1969 stond helemaal in het teken van het 100-jarig bestaan van het klooster en het schoolgebouw. De feestelijkheden stonden in het weekend van 13 en 14 september 1969 op de agenda. Maar in 1976 was het mooie liedje voor de zusters van Gijzegem uitgezongen, toen de school werd overgenomen door de Inrichtende Macht van Vorselaar. Enkele zusters, waaronder zuster Gastonie, bleven nog in het klooster wonen tot 1981. In dat laatste jaar zou ook zuster Gastonie komen te overlijden. (Bron: Archief VZW Vincentiuszusters Gijzegem, Mario Detemmerman en Zr. Thèrese)
Zr Agnes Sérexhe Zuster Agnes stond aan het roer van de Vrije Meisjes-school te Hingene van 1911 tot aan haar dood in 1932.
Zicht op bewaarschool en speelplaats (begin 20e eeuw) Foto: Archief VZW Vincentiuszusters Gijzegem