Grootste Hingenaar Aller Tijden
ORDE VAN HINGENE
© Orde van Hingene 2014 - DISCLAIMER
Joseph d’Ursel werd geboren in Brussel op 3 juli 1848. Hij was een kleinzoon van minister Charles-Joseph d'Ursel, en een zoon van Léon d'Ursel en van zijn tweede echtgenote Henriette d'Harcourt. Joseph d'Ursel studeerde af als doctor in de rechten aan de Leuvense universiteit in 1869. Hij ging in diplomatieke dienst wat hem in Rome en Parijs bracht. Daarna was hij als diplomaat verbonden aan de centrale administratie van het ministerie van Buitenlandsze Zaken. Op 16 maart 1872 trad hij in het huwelijk met Antonine De Mun (1849-1931). Na het overlijden van zijn broer Henri d'Ursel werd hij in 1875 hertog en familiehoofd. In 1878 verliet hij de diplomatie en begon aan een politieke loopbaan. Hij werd burgemeester van Hingene en provincieraadslid van Antwerpen. In 1885 werd hij tot gouverneur van Henegouwen benoemd. In die functie werd hij een jaar later geconfronteerd met de arbeidersopstanden in het Henegouwse industriebekken. Het bracht hem tot het inzicht dat een verbetering van het lot van de arbeidersklassen de uitbarsting van geweld kon voorkomen. In 1889 hernam hij zijn actieve politieke loopbaan door senator te worden. De sociale problematiek hield d'Ursel sindsdien sterk bezig. In 1887 stichtte hij de Brusselse Werkmanshuizen. Samen met Joris Helleputte en Arthur Verhaegen verspreidde hij de corporatistische ideeën van de Unie van Freiburg (officieel de Union Catholique Internationale d'Etudes Sociales) in België. Hij was een voorstander van meer staatsinterventie in de arbeidsverhoudingen om de sociaal zwakkeren te beschermen. Hij zette zijn ideeën daarover uiteen in de brochure "Politique sociale" (Brussel, F. Goemaere, 1895). In het parlement nam d'Ursel deel aan alle grote debatten inzake nieuwe sociale wetten. Hij was ook voorstander van de democratisering van het stemrecht en de hervorming van de Senaat, waarvan hij voorzitter werd in 1899. Met het oog op de verspreiding van de nieuwe ideeën stichtte hij samen met Helleputte en Charles de Broqueville de krant Le XXe Siècle. D'Ursel werd vaak gevraagd als bemiddelaar bij sociale conflicten. Hij was voorzitter van de Société belge d'Economie sociale, de Hoge Arbeidsraad en erevoorzitter van het Congrès International de Législation du Travail (Brussel, 1897). Naast de sociale kwestie interesseerde d'Ursel zich vooral in de schone kunsten. Hij tekende en schilderde zelf. In Brussel nam hij in 1903 het initiatief tot heroprichting van de Société des Beaux-Arts. Hij volgde nauwgezet de werken aan de kerk van Hingene op en superviseerde als voorzitter van de kerkfabriek de restauratiewerken aan de Sint-Michiels en Sint-Goedelekerk van Brussel. Hertog Joseph Marie Charles overleed op 15 november 1903 in Strombeek-Bever.

Diplomatieke carrière

1/2/1870 gezantschapsattaché; 15/3/1870 gezantschapsadjunct opdracht Rome; 5/12/1871 gezantschapssecretaris bij de adjunct 2e kl. opdr. Rome; 24/8/1872 directie-adjunct handelsgezantschap; 26/3/1873 adjunct algemeen gezantschapssecretariaat; 22/9/1874 adjunct opdr. Parijs; 27/6/1875-7/5/1978 gezantschapssecretaris bij de adjunct 1e kl. opdr. Parijs; 1887: stichter Brusselse werkmanshuizen; 1895: mede-oprichter en medewerker van het blad "Le XXe siècle" Brussel; droeg bij tot de verspreiding van de ideeën van de gildenbeweging; was op de hoogte van de debatten en de rapporten van de Unie van Freiburg; verkiesbaar in de Senaat 1889, 1890- 1903; 1885: lid Unie van Fribourg voor de Studie van Sociale Werken; 1892-1901: voorzitter en stichter Hoge Raad van de Arbeid; 1895: voorzitter Commission Royale de Réorganisation de la Bienfaissance; 1896: voorzitter Vereniging Sociale Economie (Société belge d'Economie sociale); 1897: ere-voorzitter Congres voor de Internationale Reglementering van de Arbeid(Réglementation internationale du Travail)); 1903: initiatiefnemer van het opnieuw in ere herstellen (restaurateur) van de Vereniging van Schone Kunsten Brussel bron: http://www.odis.be/hercules/toonPers.php?taalcode=nl&id=355
2016 Joseph d’Ursel