(DEEL)GEMEENTE HINGENE
ORDE VAN HINGENE
© Orde van Hingene 2014 - DISCLAIMER
Hingene is een dorp en een zelfstandige gemeente tot de fusie van 1977 in de Belgische provincie Antwerpen en een deelgemeente van Bornem. De gehuchten Wintam en Eikevliet vallen onder de deelgemeente Hingene, zo ook het gehucht Nattenhaasdonk dat in 1825 definitief verdween.

Geschiedenis

Op het Steenland te Hingene vond men in 1846 een muntschat die onder keizer Tiberius werd begraven. Dit wijst op een Romeinse of geromaniseerde bevolking in Klein-Brabant. De geschiedenis van Hingene is op vele plaatsen en tijdstippen deze van het land van Bornem. Hingene heeft zich echter steeds verzet tegen de oppermacht van de oude kastelenij van Bornem en groeide stilaan uit tot een eigen heerlijkheid in 1560. Deze zelfstandigheid ging ten slotte verloren bij de fusie der gemeenten in 1977 waardoor Hingene, met de gehuchten Wintam en Eikevliet, werd ingedeeld bij Groot-Bornem. De meeste 'echte' Hingenaren betreuren het jaar van de fusie nog steeds. Sommigen hunkeren weer naar zelfstandigheid en onafhankelijkheid. Oorspronkelijk behoorde Hingene toe aan de kasteelheren van Gent, die ook heren van Bornem waren en als zodanig van het Bisdom Luik afhingen. Gedurende korte tijd hoorde Hingene toe aan de heerlijkheid Rumst, waarvan het in 1449 gescheiden werd. Op hun beurt kwamen dan de huizen van Vlaanderen en Luxemburg in het bezit van de gemeente, tot in 1560 de heerlijkheid werd verkocht aan Hendrik graaf van Nassau. Diens erfgenaam, gekend als Willem de Zwijger, prins van Oranje, maakte al te goede sier in Brussel en was verplicht een aantal van zijn bezittingen te verkopen, waaronder Hingene. Zo kwam de gemeente, voor 41.000 gulden, in het bezit van Mechior Schetz, een bankier en koopman uit Antwerpen en zijn vrouw, Catherine van Ursel. Het leengoed zou nadien nooit meer verkocht worden en zou nu, van generatie op generatie, overgaan door overerving. Het leengoed van de graven en hertogen van d'Ursel strekte zich in onze streek uit over 144 zowel volle- als achterlenen. Naast de heerlijkheden van Hingene, Nattenhaasdonk, Eikevliet en Wintam bezaten zij leengoederen te Opdorp, het Tolhuis van Schelle, Hoboken, e.a. De baljuw van Opdorp werd te Hingene aangesteld.

Onze geschillen met Bornem

De rivaliteit tussen de inwoners van Hingene en die van de naburige dorpen was zeer hevig en kleingeestig te noemen. De geschillen van de plaatselijke overheden van Hingene en Bornem ontaarden bij herhaling in de loop van de geschiedenis. Rechterlijke geschillen onder elkaar werden hevig gevoerd. Het wantrouwen en de verdeeldheid tussen beide partijen waren zeer groot. Windmolen van Bornem stilgelegd Op 15 augustus 1601 ging Adriaan van Baetselaere, baljuw van Hingene, naar Bornem. Daar beval hij om de windmolen, op bevel van de heer van Hingene, stil te leggen. Daarna ging hij naar de molen zelf om de molenaar te bevelen het malen te stoppen. De heer van Hingene bezat het recht van de wind en het stromende water. Dit wou zeggen dat elke windmolen die gebouwd werd de toestemming tot malen van de heer van Hingene moest krijgen. Groot proces “de Unie” Bornem claimde dat zij één van de zeventien landelijke besturen was van de provincie Vlaanderen en bestond uit Bornem (als hoofdplaats) Hingene en Mariekerke. Bornem had van de raad van Mechelen het recht gekregen om gewone en buitengewone belastingen te vorderen. De lasten die Hingene moest betalen waren buiten proportie omdat het hoger werd geklasseerd dan Bornem en Mariekerke. Hingene weigerde deze belastingen te betalen. Hingene beweerde dat hun heerlijkheid afgescheiden was van Bornem en dat zij dus niets met Bornem gemeen hadden.

Rivaliteit tussen de dorpen

Zoals in elke gemeente bestonden of bestaat er een gezonde rivaliteit tussen de dorpen Hingene, Wintam, Eikevliet en vroeger ook Nattenhaasdonk. Dit had eerst zijn oorsprong in het kerkelijke, later in het demografische of economische aspect. Het plaatselijke gezag van de gemeente lag in het dorp Hingene, waar de Hertog ook zijn grootste eigendommen bezat, zoals het kasteel en het jachtpaviljoen. Zoals in elke gemeente voelden de dorpelingen zich soms benadeeld tegenover het gezag. In volkshuizen en herbergen werd er al vlug grootspraak gedaan zoals: “’k zal den Duc eens loate zien wie hoa veur’em ij”. We mogen dit niet minimaliseren door het louter af te doen als toogpraat, ook op straat voelden men zich benadeeld. Zo hadden mensen uit Hingene-centrum gemakkelijk werk bij de Hertog (op de landerijen en/of poldergebieden) of bij de plaatselijke brouwer. In Wintam bleef dit beperkt tot de brouwerij en op het sas. In Eikevliet was dit niet zo’n groot probleem, daar zij terecht konden in de verschillende bedrijven of in het naburige Puurs (men moest dan wel rekening houden met het betalen van tol indien zij de brug over gingen). Eikevliet was het echter niet altijd eens met de beslissingen van de gemeenteraad van Hingene en met de familie d'Ursel. Het werd zelfs zo heftig dat men in 1825 een verzoekschrift indiende tot afscheiding van de moedergemeente. Na een tijd van heen en weer geslinger van woorden en daden, werd Eikevliet voor de keuze gesteld. Konden ze wel afscheiden? Waren er wel voldoende inkomsten? Uiteindelijk was de afscheiding gewoon een middel om een steenweg te bekomen naar het station van Puurs. Een dergelijke rivaliteit om zijn volksidentiteit meer te benadrukken tegenover de omliggende dorpen is soms zo vermakelijk dat zij tot een karikatuur konden herleid worden. Heden blijft de rivaliteit beperkt tot het sportieve gebeuren. Zo heb je KFC Volharding Wintam-Eikevliet tegenover KVK Hingene. Beide clubs kwamen in het verleden al verschillende keren tegenover elkaar uit. Dat het er niet altijd vriendschappelijk aan toe ging moeten we niet vertellen. Vandaag de dag is het meer een “kermis” en is er van ernstige rivaliteit weinig meer te bespeuren. De inwoners van Hingene, Wintam en Eikevliet mogen trots zijn op hun dorp en men moet eerlijk kunnen erkennen dat men meer met elkaar gemeen heeft dan het tegendeel waar is. Dat we het gezamelijke hart van de gemeente Hingene draagt mag geen hinderpaal zijn, maar net een sterkte.

Evolutie van het inwoneraantal

Politieke bestuur

Zoals elke gemeente had ook de gemeente Hingene een eigen bestuur en aan het hoofd van dit bestuur stond, zoals vandaag de dag nog het geval is, de burgemeester. Hieronder een overzicht van de burgemeesters vanaf 1800 tot de fusie in 1976. 1800-1804 Jan Fabritus 1804-1812 Charles-Joseph d'Ursel - katholiek 1812-1820 Jan-Ferdinand Van Goethem Dhr. Van Goethem overleed plots in de nacht van 2 op 3 maart 1820 toen hij een bres in de Scheldedijk, ter hoogte in het Spierbroekpolder, probeerde te dichten. (bron: www.genealogieonline.nl) 1820-1860 Charles-Joseph d'Ursel - katholiek 1860-1878 Léon d'Ursel - katholiek 1878-1903 Joseph d'Ursel - Katholieke Partij 1904-1921 Robert d'Ursel - Katholieke Partij 1921-1926 Juliaan Thielemans - Katholieke Unie 1929-1972 Willem Van Kerckhoven - Katholieke Unie, Katholieke Blok, CVP 1972-1976 Jozef Bogaerts - CVP

Bezienswaardigheden

De belangrijkste bezienswaardigheden zijn het pittoreske kerkje en het Kasteel d'Ursel , sinds kort een nieuwe culturele instelling van de provincie Antwerpen. Dicht bij de Schelde staat ook de Notelaer , het jachtpaviljoen van de familie d'Ursel. Hingene staat in de lijst van de 50 mooiste dorpen van Vlaanderen.

Bekende inwoners

Martin Van Den Bossche (1941), voormalig wielrenner Clement Leemans (1931), voormalig wielrenner Pol le Roy (1905 - 1983), dichter Jan Wauters (1939 - 2010), sportverslaggever Bron: Geschiedenis der gemeente Hingene
Jaar 1806 1816 1830 1846 1856 1866 1876 1880 1890 Inwonersaantal 3318 3333 3546 3494 3869 3856 3903 3845 3739 Jaar 1900 1910 1920 1930 1947 1961 1970 1976 Inwonersaantal 3909 4743 4838 4768 4627 4365 4066 3823
Wapenschild d’Ursel Het wapen van de familie d'Ursel vertoont een schild met in het schildhoofd drie vogeltjes, heraldische mereltjes (gewijzigd naar Caremans, 1991:106). Het wapenschild is van keel (oude heraldische term voor de kleur rood met een schildhoofd van zilver (in de heraldiek wit) beladen met drie merletten.
GEMEENTE HINGENE I.   Hingene-centrum (Wijk A) II.  Wintam (Wijk B) III. Eikevliet (Wijk C) IV. Klein-Mechelen (Wijk D) V.  Nattenhaasdonk